Interview met Geerten van der Lugt

Iris Lemmens werkt een aantal maanden als adviseur van de raad Neder-Betuwe. Zij interviewde de raadsleden om te vernemen hoe ze het raadswerk ervaren en ze ook beter te leren kennen. Geerten van der Lugt (CDA) uit Ochten is deze week aan de beurt.

Hoe ben je in de raad beland?

Toen ik hier kwam wonen, stond binnen een maand het CDA-bestuur op de stoep met de vraag of ik niet iets wilde doen binnen CDA Neder-Betuwe. Waar ik vandaan kwam, het Westland, was ik namelijk al steunraadslid (wat hier burgerraadslid is). Ik heb toen een tijdje in het bestuur gezeten. Op een gegeven moment ging een CDA-raadslid verhuizen en hadden ze een vervanger nodig. Zo ben ik er ingerold.

Ben je van plan om na 2026 nog door te gaan?

Dat ligt helemaal open. Ik heb het dan tien jaar gedaan. Iemand anders mag het dan best overnemen. Binnen het CDA wil ik wel actief blijven, Maar de realiteit is ook dat het moeilijk is om kandidaten te vinden en dus zal mijn keuze ook afhangen van of dat lukt of niet.

Je werkt ook vaak in het buitenland. Is dat te combineren met het raadswerk?

Ja, dat lukt best goed. Het is wel eens uitdagend om de lokale sores te verbinden met dat werk, maar het is een mooie afwisseling. Dat heb ik nodig om actief te blijven. Het betekent wel dat je goed moet plannen. De besluitvormende raadsvergaderingen zijn belangrijk en die hebben dan ook prioriteit. Gelukkig zijn CDA-collega Martin Hommersom en ik het altijd snel eens en kunnen we elkaar vervangen tijdens informerende vergaderingen.

Hoe vind je de balans tussen enerzijds het tevreden houden van potentiële stemmers en aan de andere kant het staan voor je eigen mening?

Ik zou mijn best kunnen doen om heel Ochten op me te laten stemmen, maar dat gaat me toch niet lukken. Je moet vooral ook het CDA geluid en je eigen verhaal vertellen. Sommigen zullen het daarmee eens zijn en anderen niet. Je houdt het niet vol om poppenkast te spelen. Daarnaast houd ik mij vooral bezig met ontwikkelingen in het dorp en dat vindt iedereen wel belangrijk; dat is geen controversieel onderwerp.

Komen mensen weleens met verzoeken naar je toe?

Eigenlijk heel weinig. Veel mensen weten ook niet hoe het precies werkt binnen de gemeente. Als er iets niet goed gaat, wijzen veel mensen naar ‘de gemeente’, terwijl er eigenlijk niet één gemeente bestaat: je hebt de gemeenteraad, wethouders, het college, de burgemeester, de ambtelijke staf. Burgers overzien vaak niet waarom bepaalde besluiten zo lang duren. Maar er zijn tal van argumenten te noemen waarom het besluitvormingsproces zo zorgvuldig wordt doorlopen. Denk aan het voorkomen van misbruik, het binnen de perken houden van een wethouder en het in positie brengen van gemeenteraadsleden. Die zorgvuldigheid moet ervoor zorgen dat er niets mis kan gaan en dat de burger wordt beschermd.

Zijn er bepaalde thema's die je vooral bezighouden?

Wat ik interessant vind, is hoe een omgeving tot stand komt. Dit is een plattelandsgemeente met meerdere dorpen. Waar vinden de uitbreidingen plaats, waar worden wegen gepland? Dat zijn erg langlopende en zichtbare trajecten. Hoe het verenigingsleven is, vind ik steeds belangrijker worden. Per dorp verschilt het in welke mate er sprake is van een verenigingsleven. Je ziet dat het fysieke aspect ook heel erg samenhangt met het sociale aspect. Als ergens bijvoorbeeld een nieuw dorpshuis wordt geplaatst, ontstaat er enthousiasme en komt het dorp weer meer tot leven.