In deze tijd krijg ik nogal eens de vraag waarom de bermen in de gemeente zo slecht gemaaid worden. Die vraag snap ik. Thuis is het gras, ons gazon waar we met mooi weer zitten, doorgaans korter gemaaid. Dat is toch wat je ook moet willen in de ruimte voor iedereen?
De bermen langs onze wegen zijn natuurlijk niet bedoeld om er te zitten, maar insecten en vogels kunnen daar prima in leven. Tenminste, als er voldoende ruimte is om te schuilen en er voldoende voedsel te vinden is gedurende een groot deel van het jaar. Het gaat al een poosje niet zo goed met de insecten in Nederland. Het aantal soorten neemt met rasse schreden af. Daarmee ook de insecten die voor de broodnodige bestuiving moeten zorgen van de bloemen planten en de bomen waarvan wij als mens weer dankbaar gebruik maken. Zonder de bijen is er immers geen fruit.
Bloemenmengsel
Steeds meer agrariërs zaaien op een strook van hun percelen met gewassen een kruidenrijk bloemenmengsel. Dat levert een heel seizoen verschillende bloeiende planten op die allemaal steeds op een ander moment nectar opleveren voor de bijen. Tegelijkertijd verbeteren deze planten de bodem. Als je jaar op jaar dezelfde gewassen teelt op hetzelfde stukje grond, dan put je deze grond uit waardoor de opbrengst steeds meer tegenvalt. En ook niet onbelangrijk, zo’n bloemenmengsel ziet er fantastisch uit.
Ik zie ook steeds vaker dat mensen een deel van hun eigen tuintje inrichten met een verscheidenheid aan inheemse bloeiende planten waardoor er een zogenaamde bloeiboog ontstaat: van lente tot herfst bloeiende planten waar de insecten in de weer zijn.
Minder maaien
Door de bermen in de gemeente minder te maaien, geef je andere plantensoorten dan gras de mogelijkheid om ook tot bloei te komen. Na twee jaar zie je al een enorme toename van plantensoorten. Naast klaver, distels en paardenbloemen zie je nu ook klaprozen, smeerwortel, pinksterbloemen, ereprijs, madeliefjes en nog veel meer bloeiers tussen het gras. En er vliegen weer insecten zoals bijen, hommels en vlinders tussen de bloemen. Kleine vogels hebben hier ook weer profijt van. Kortom: de biodiversiteit ter plaatse neemt weer toe. Simpel door minder vaak iets te doen, namelijk maaien.
Verkeersveiligheid staat natuurlijk voorop! Daarom maaien we bij onder meer kruisingen natuurlijk wel zodat er voldoende zicht is om het aankomend verkeer goed te kunnen zien.
Stefan van Someren,
Wethouder openbaar groen